Translation meaning & definition of the word "yacht" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "jacht" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Yacht
[Jacht]/jɑt/
noun
1. An expensive vessel propelled by sail or power and used for cruising or racing
- synonym:
- yacht ,
- racing yacht
1. Een duur schip voortgedreven door zeil of kracht en gebruikt voor cruisen of racen
- synoniem:
- jacht ,
- racejacht
verb
1. Travel in a yacht
- synonym:
- yacht
1. Reis in een jacht
- synoniem:
- jacht
Examples of using
Tom can't afford to buy a yacht.
Tom kan het zich niet veroorloven om een jacht te kopen.
He conceded us the use of his yacht.
Hij gaf ons het gebruik van zijn jacht toe.
They usually use an anchor to hold a yacht in place.
Ze gebruiken meestal een anker om een jacht op zijn plaats te houden.