Translation meaning & definition of the word "woolen" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "woolen" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Woolen
[Wolen]/wʊlən/
noun
1. A fabric made from the hair of sheep
- synonym:
- wool ,
- woolen ,
- woollen
1. Een stof gemaakt van het haar van schapen
- synoniem:
- wol ,
- wollen
adjective
1. Of or related to or made of wool
- "A woolen sweater"
- synonym:
- woolen ,
- woollen
1. Van of gerelateerd aan of gemaakt van wol
- "Een wollen trui"
- synoniem:
- wollen
Examples of using
I bought a woolen sweater.
Ik heb een wollen trui gekocht.