Translation meaning & definition of the word "whacking" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "whacking" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Whacking
[Wapen]/wækɪŋ/
noun
1. The act of inflicting corporal punishment with repeated blows
- synonym:
- beating ,
- thrashing ,
- licking ,
- drubbing ,
- lacing ,
- trouncing ,
- whacking
1. Het opleggen van lijfstraffen met herhaalde slagen
- synoniem:
- verslaan ,
- thrashing ,
- likken ,
- drubberen ,
- veters ,
- trouncing ,
- moordend
adjective
1. (british informal) enormous
- "A whacking phone bill"
- "A whacking lie"
- synonym:
- whacking
1. ( britse informele ) enorm
- "Een geweldige telefoonrekening"
- "Een gekke leugen"
- synoniem:
- moordend
adverb
1. Extremely
- "A whacking good story"
- synonym:
- whacking
1. Extreem
- "Een geweldig goed verhaal"
- synoniem:
- moordend
Examples of using
It's still unclear to many, especially to those who half destroyed it and surrendered it to Iran, whether Iraq should be pronounced e-rack or aye-rack. But, after all, is it necessary to know how to pronounce a country's name before whacking it ?
Het is voor velen nog steeds onduidelijk, vooral voor degenen die het half hebben vernietigd en het aan Iran hebben overgegeven, of Irak moet worden uitgesproken als e-rack of aye-rack. Maar is het tenslotte nodig om te weten hoe je de naam van een land uitspreekt voordat je het mishandelt ?
A little, old woman foiled the robbery by whacking the thief on the head with her cane.
Een kleine, oude vrouw verijdelde de overval door de dief met haar wandelstok op haar hoofd te slaan.