Translation meaning & definition of the word "vengeance" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "wraak" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Vengeance
[Wraak]/vɛnʤəns/
noun
1. The act of taking revenge (harming someone in retaliation for something harmful that they have done) especially in the next life
- "Vengeance is mine
- I will repay, saith the lord"--romans 12:19
- "For vengeance i would do nothing. this nation is too great to look for mere revenge"--james garfield
- "He swore vengeance on the man who betrayed him"
- "The swiftness of divine retribution"
- synonym:
- vengeance ,
- retribution ,
- payback
1. De daad van wraak nemen ( iemand vermoorden als vergelding voor iets schadelijks dat ze ) hebben gedaan, vooral in het volgende leven
- "Wraak is van mij
- Ik zal terugbetalen, zegt de heer "- romeinen 12:19
- "Voor wraak zou ik niets doen. deze natie is te groot om wraak te zoeken "- james garfield
- "Hij zwoer wraak op de man die hem verraadde"
- "De snelheid van goddelijke vergelding"
- synoniem:
- wraak ,
- vergelding ,
- terugverdientijd