Translation meaning & definition of the word "unoccupied" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "onbezet" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Unoccupied
[Onbezet]/ənɑkjəpaɪd/
adjective
1. Not held or filled or in use
- "An unoccupied telephone booth"
- "Unoccupied hours"
- synonym:
- unoccupied
1. Niet vastgehouden of gevuld of in gebruik
- "Een leegstaande telefooncel"
- "Onbezette uren"
- synoniem:
- onbezet
2. Not seized and controlled
- "Unoccupied areas of france"
- synonym:
- unoccupied
2. Niet in beslag genomen en gecontroleerd
- "Onbezette gebieden van frankrijk"
- synoniem:
- onbezet
3. Not leased to or occupied by a tenant
- "An unoccupied apartment"
- "Very little unclaimed and untenanted land"
- synonym:
- unoccupied ,
- untenanted
3. Niet verhuurd aan of bezet door een huurder
- "Een leegstaand appartement"
- "Heel weinig niet opgeëist en ongeteerd land"
- synoniem:
- onbezet ,
- ongetraind
Examples of using
The neglected room remained unoccupied.
De verwaarloosde kamer bleef onbezet.