Translation meaning & definition of the word "tumble" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "tumble" in de Nederlandse taal
Tumble
[Tumble]noun
1. An acrobatic feat of rolling or turning end over end
- synonym:
- tumble
1. Een acrobatische prestatie van rollen of draaien over het einde
- synoniem:
- tuimelen
2. A sudden drop from an upright position
- "He had a nasty spill on the ice"
- synonym:
- spill ,
- tumble ,
- fall
2. Een plotselinge val vanuit een rechtopstaande positie
- "Hij had een vervelende lekkage op het ijs"
- synoniem:
- morsen ,
- tuimelen ,
- vallen
verb
1. Fall down, as if collapsing
- "The tower of the world trade center tumbled after the plane hit it"
- synonym:
- tumble ,
- topple
1. Vallen, alsof ze instorten
- "De toren van het world trade center tuimelde nadat het vliegtuig het had geraakt"
- synoniem:
- tuimelen ,
- omverwerpen
2. Cause to topple or tumble by pushing
- synonym:
- topple ,
- tumble ,
- tip
2. Oorzaak omvallen of tuimelen door te duwen
- synoniem:
- omverwerpen ,
- tuimelen ,
- tip
3. Roll over and over, back and forth
- synonym:
- tumble
3. Rol keer op keer, heen en weer
- synoniem:
- tuimelen
4. Fly around
- "The clothes tumbled in the dryer"
- "Rising smoke whirled in the air"
- synonym:
- whirl ,
- tumble ,
- whirl around
4. Rondvliegen
- "De kleren tuimelden in de droger"
- "Stijgende rook zweefde in de lucht"
- synoniem:
- werveling ,
- tuimelen ,
- wervelen rond
5. Fall apart
- "The building crumbled after the explosion"
- "Negotiations broke down"
- synonym:
- crumble ,
- crumple ,
- tumble ,
- break down ,
- collapse
5. Vallen uit elkaar
- "Het gebouw stortte in na de explosie"
- "Onderhandelingen zijn afgebroken"
- synoniem:
- brokkelen ,
- kreukel ,
- tuimelen ,
- afbreken ,
- instorten
6. Throw together in a confused mass
- "They tumbled the teams with no apparent pattern"
- synonym:
- tumble
6. Samen in een verwarde massa
- "Ze tuimelden de teams zonder duidelijk patroon"
- synoniem:
- tuimelen
7. Understand, usually after some initial difficulty
- "She didn't know what her classmates were plotting but finally caught on"
- synonym:
- catch on ,
- get wise ,
- get onto ,
- tumble ,
- latch on ,
- cotton on ,
- twig ,
- get it
7. Begrijpen, meestal na een aanvankelijke moeilijkheid
- "Ze wist niet wat haar klasgenoten aan het beramen waren, maar sloeg uiteindelijk aan"
- synoniem:
- vangen ,
- wijs worden ,
- ga verder ,
- tuimelen ,
- vergrendeling aan ,
- katoen op ,
- takje ,
- krijg het
8. Fall suddenly and sharply
- "Prices tumbled after the devaluation of the currency"
- synonym:
- tumble
8. Vallen plotseling en scherp
- "De prijzen zijn gedaald na de devaluatie van de valuta"
- synoniem:
- tuimelen
9. Put clothes in a tumbling barrel, where they are whirled about in hot air, usually with the purpose of drying
- "Wash in warm water and tumble dry"
- synonym:
- tumble
9. Doe kleding in een tuimelend vat, waar ze in de hete lucht worden rondgeslingerd, meestal met het doel om te drogen
- "Was in warm water en droog in de wasbak"
- synoniem:
- tuimelen
10. Suffer a sudden downfall, overthrow, or defeat
- synonym:
- tumble
10. Een plotselinge ondergang, omverwerping of nederlaag lijden
- synoniem:
- tuimelen
11. Do gymnastics, roll and turn skillfully
- synonym:
- tumble
11. Doe gymnastiek, rol en draai vakkundig
- synoniem:
- tuimelen