Translation meaning & definition of the word "treaty" into Dutch language

noun

1. A written agreement between two states or sovereigns

synonym:
• treaty
,
• pact
,
• accord

1. Een schriftelijke overeenkomst tussen twee staten of vorsten

synoniem:
• verdrag
,
• pact
,
• akkoord

Examples of using

The peace treaty will be signed tomorrow.

Morgen wordt het vredesverdrag ondertekend.

France had signed a secret treaty with Spain.

Frankrijk had met Spanje een geheim verdrag ondertekend.

The two sides signed a peace treaty.

De twee partijen hebben een vredesverdrag ondertekend.

He said the treaty was unfair.

Hij zei dat het verdrag oneerlijk was.

The two countries negotiated a treaty.

De twee landen hebben een verdrag gesloten.

In 100 a peace treaty was concluded between Japan and China.

In 100 werd een vredesverdrag gesloten tussen Japan en China.

France had signed a secret treaty with Spain.

Frankrijk had met Spanje een geheim verdrag ondertekend.

He said the treaty was unfair.

Hij zei dat het verdrag oneerlijk was.

In 1978 a peace treaty was concluded between Japan and China.

In 1978 werd een vredesverdrag gesloten tussen Japan en China.