Translation meaning & definition of the word "stretcher" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "stretcher" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Stretcher
[Brancard]/strɛʧər/
noun
1. A wooden framework on which canvas is stretched and fixed for oil painting
- synonym:
- stretcher
1. Een houten raamwerk waarop canvas is uitgerekt en bevestigd voor olieverfschilderij
- synoniem:
- brancard
2. A mechanical device used to make something larger (as shoes or gloves) by stretching it
- synonym:
- stretcher
2. Een mechanisch apparaat dat wordt gebruikt om iets groters ( te maken als schoenen of handschoenen ) door het uit te rekken
- synoniem:
- brancard
3. A litter for transporting people who are ill or wounded or dead
- Usually consists of a sheet of canvas stretched between two poles
- synonym:
- stretcher
3. Een nest voor het vervoeren van zieke of gewonde of dode mensen
- Bestaat meestal uit een stuk canvas dat tussen twee polen is gespannen
- synoniem:
- brancard
4. A stone that forms the top of wall or building
- synonym:
- capstone ,
- copestone ,
- coping stone ,
- stretcher
4. Een steen die de bovenkant van de muur of het gebouw vormt
- synoniem:
- sluitsteen ,
- copestone ,
- coping steen ,
- brancard
Examples of using
The last time I saw Tom, he was on a stretcher.
De laatste keer dat ik Tom zag, zat hij op een brancard.
The last time I saw Tom, he was on a stretcher.
De laatste keer dat ik Tom zag, zat hij op een brancard.