Translation meaning & definition of the word "soaking" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "weken" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Soaking
[Wankelend]/soʊkɪŋ/
noun
1. The process of becoming softened and saturated as a consequence of being immersed in water (or other liquid)
- "A good soak put life back in the wagon"
- synonym:
- soak ,
- soakage ,
- soaking
1. Het proces van verzacht en verzadigd worden als gevolg van onderdompeling in water ( of andere vloeistof )
- "Een goede inweek bracht leven terug in de wagen"
- synoniem:
- weken ,
- doorweken
2. The act of making something completely wet
- "He gave it a good drenching"
- synonym:
- drenching ,
- soaking ,
- souse ,
- sousing
2. Het maken van iets helemaal nat
- "Hij gaf het een goede doordrenking"
- synoniem:
- doordrenken ,
- doorweken ,
- souse ,
- sousing
3. Washing something by allowing it to soak
- synonym:
- soak ,
- soaking
3. Iets wassen door het te laten weken
- synoniem:
- weken ,
- doorweken
adverb
1. Extremely wet
- "Dripping wet"
- "Soaking wet"
- synonym:
- soaking ,
- sopping ,
- dripping
1. Extreem nat
- "Nat druipen"
- "Wets nat"
- synoniem:
- doorweken ,
- soppen ,
- druipend
Examples of using
He was all soaking wet from top to toe.
Hij was helemaal nat van top tot teen.