Examples of using
I'm very sleepy and it's late.
Ik ben erg slaperig en het is laat.
I was sleepy.
Ik was slaperig.
I'm really sleepy.
Ik ben echt slaperig.
It's a waste of time to study when you're sleepy.
Het is tijdverspilling om te studeren als je slaperig bent.
Are you still sleepy?
Ben je nog steeds slaperig?
I'm sleepy.
Ik ben slaperig.
I'm often sleepy.
Ik ben vaak slaperig.
Good friends, good books, and a sleepy conscience: this is the ideal life.
Goede vrienden, goede boeken en een slaperig geweten: dit is het ideale leven.
Feeling sleepy, I went to bed.
Omdat ik me slaperig voelde, ging ik naar bed.
We yawn when sleepy or bored.
We geeuwen als we slaperig of verveeld zijn.
Are you sleepy?
Ben je slaperig?
A fat white cat sat on a wall and watched them with sleepy eyes.
Een dikke witte kat zat aan een muur en keek met slaperige ogen naar ze.
I'm very sleepy today, too.
Ik ben vandaag ook erg slaperig.
I'm very sleepy now.
Ik ben nu erg slaperig.
I felt so sleepy that I could hardly keep my eyes open.
Ik voelde me zo slaperig dat ik mijn ogen nauwelijks open kon houden.
I always feel sleepy.
Ik voel me altijd slaperig.
If you had not eaten so much, you would not be so sleepy now.
Als je niet zoveel had gegeten, zou je nu niet zo slaperig zijn.
It is because you work too much that you are sleepy all the time.
Omdat je te veel werkt, ben je de hele tijd slaperig.
I was sleepy.
Ik was slaperig.
I'm really sleepy.
Ik ben echt slaperig.
