One minute has sixty seconds.
Eén minuut heeft zestig seconden.
Sixty minutes make an hour, and a minute is made up of sixty seconds.
Zestig minuten maken een uur, en een minuut bestaat uit zestig seconden.
An hour has sixty minutes.
Een uur heeft zestig minuten.
Ten, twenty, thirty, forty, fifty, sixty, seventy, eighty, ninety, one hundred.
Tien, twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig, negentig, honderd.
Ten, twenty, thirty, forty, fifty, sixty, seventy, eighty, ninety, hundred.
Tien, twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig, negentig, honderd.
There are sixty seconds in a minute.
Er zijn zestig seconden in een minuut.
He retired on a pension at the age of sixty.
Op zestigjarige leeftijd ging hij met pensioen.
This doll costs only sixty cents.
Deze pop kost slechts zestig cent.
A minute has sixty seconds.
Een minuut heeft zestig seconden.
Sixty minutes make an hour, and a minute is made up of sixty seconds.
Zestig minuten maken een uur, en een minuut bestaat uit zestig seconden.
There are sixty seconds in a minute.
Er zijn zestig seconden in een minuut.
For free English to Dutch translation, utilize the Lingvanex translation apps.
We apply ultimate machine translation technology and artificial intelligence to offer a free Dutch-English online text translator.