Translation meaning & definition of the word "showing" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "showing" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Showing
[Tonen]/ʃoʊɪŋ/
noun
1. The display of a motion picture
- synonym:
- screening ,
- showing ,
- viewing
1. De weergave van een film
- synoniem:
- screening ,
- tonen ,
- bekijken
2. Something shown to the public
- "The museum had many exhibits of oriental art"
- synonym:
- display ,
- exhibit ,
- showing
2. Iets getoond aan het publiek
- "Het museum had veel tentoonstellingen van oosterse kunst"
- synoniem:
- display ,
- expositie ,
- tonen
Examples of using
Boy, you've got some nerve showing up in my castle unannounced. But you haven't paid your taxes in a month, so I have no money for dinner this morning!
Tjonge, je hebt onaangekondigd wat lef in mijn kasteel. Maar je hebt je belastingen al een maand niet betaald, dus ik heb vanmorgen geen geld voor het avondeten!
"What can you lose by showing yourself to others?" "My advantange over them."
"Wat kun je verliezen door jezelf aan anderen te laten zien?" "Mijn voordeel over hen."
Mary is showing a great deal of concern over her husband's long absence.
Mary maakt zich grote zorgen over de lange afwezigheid van haar man.