Examples of using
You sat there and watched me being beaten to a pulp.
Je zat daar en zag hoe ik tot een pulp werd geslagen.
Tom sat in the third row.
Tom zat op de derde rij.
She sat down next to him and listened quietly.
Ze ging naast hem zitten en luisterde rustig.
"Oh, I see you don't know what Poop is!" "Hmm... Poop is jokes about 'you sat on the stump and owed me a grand', right?"
"O, ik zie dat je niet weet wat Poop is!" "Hmm... Poep is grappen over 'je zat op de stronk en was me een grote schuldig', toch?"
He sat down on the bed.
Hij ging op het bed zitten.
I sat next to his bed for more than two hours.
Ik zat meer dan twee uur naast zijn bed.
She sat reading a book.
Ze zat een boek te lezen.
Tom sat on the bench smoking.
Tom zat te roken op de bank.
Laurie sat on the chair.
Laurie zat op de stoel.
Tom sat down at one of the tables.
Tom ging aan een van de tafels zitten.
Tom sat at the counter.
Tom zat aan de balie.
Since you sat on the stump, you should've given me a grand.
Omdat je op de stronk zat, had je me een grand moeten geven.
I sat down.
Ik ging zitten.
Both sat down.
Beiden gingen zitten.
The teacher and I sat down face to face.
De leraar en ik gingen oog in oog zitten.
I sat on something and broke it.
Ik zat ergens op en brak het.
He sat down next to her.
Hij ging naast haar zitten.
I sat down next to him.
Ik ging naast hem zitten.
She sat down next to him.
Ze ging naast hem zitten.
I sat down next to her.
Ik ging naast haar zitten.
