Translation meaning & definition of the word "sap" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "sap" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Sap
[Sap]/sæp/
noun
1. A watery solution of sugars, salts, and minerals that circulates through the vascular system of a plant
- synonym:
- sap
1. Een waterige oplossing van suikers, zouten en mineralen die door het vaatstelsel van een plant circuleert
- synoniem:
- sap
2. A person who lacks good judgment
- synonym:
- fool ,
- sap ,
- saphead ,
- muggins ,
- tomfool
2. Een persoon die een goed beoordelingsvermogen mist
- synoniem:
- dwaas ,
- sap ,
- saphead ,
- muggins ,
- tomfool
3. A piece of metal covered by leather with a flexible handle
- Used for hitting people
- synonym:
- blackjack ,
- cosh ,
- sap
3. Een stuk metaal bekleed met leer met een flexibel handvat
- Gebruikt voor het slaan van mensen
- synoniem:
- blackjack ,
- cosh ,
- sap
verb
1. Deplete
- "Exhaust one's savings"
- "We quickly played out our strength"
- synonym:
- run down ,
- exhaust ,
- play out ,
- sap ,
- tire
1. Uitputten
- "Uitlaat je spaargeld"
- "We hebben snel onze kracht uitgespeeld"
- synoniem:
- naar beneden rennen ,
- uitlaat ,
- spelen ,
- sap ,
- band
2. Excavate the earth beneath
- synonym:
- sap
2. Graaf de aarde eronder
- synoniem:
- sap