Translation meaning & definition of the word "sac" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "sac" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Sac
[Sac]/sæk/
noun
1. An enclosed space
- "The trapped miners found a pocket of air"
- synonym:
- pouch ,
- sac ,
- sack ,
1. Een afgesloten ruimte
- "De opgesloten mijnwerkers hebben een zak lucht gevonden"
- synoniem:
- etui ,
- zak
2. A case or sheath especially a pollen sac or moss capsule
- synonym:
- theca ,
- sac
2. Een koffer of schede, vooral een stuifmeelzak of moscapsule
- synoniem:
- theca ,
- zak
3. A member of the algonquian people formerly living in wisconsin in the fox river valley and on the shores of green bay
- synonym:
- Sauk ,
- Sac
3. Een lid van het algonquian-volk dat voorheen in wisconsin woonde in de fox river-vallei en aan de oevers van green bay
- synoniem:
- Sauk ,
- Sac
4. A structure resembling a bag in an animal
- synonym:
- sac
4. Een structuur die lijkt op een zak in een dier
- synoniem:
- zak