Translation meaning & definition of the word "roughshod" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "ruw" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Roughshod
[Ruw]/rəfʃɑd/
adjective
1. (of a horse) having horseshoes with projecting nails to prevent slipping
- synonym:
- roughshod
1. ( van een paard ) met hoefijzers met uitstekende nagels om uitglijden te voorkomen
- synoniem:
- ruw
2. (of persons or their actions) able or disposed to inflict pain or suffering
- "A barbarous crime"
- "Brutal beatings"
- "Cruel tortures"
- "Stalin's roughshod treatment of the kulaks"
- "A savage slap"
- "Vicious kicks"
- synonym:
- barbarous ,
- brutal ,
- cruel ,
- fell ,
- roughshod ,
- savage ,
- vicious
2. ( van personen of hun acties ) die pijn of lijden kunnen of willen veroorzaken
- "Een barbaarse misdaad"
- "Brute slagen"
- "Wrede martelingen"
- "Stalins ruwe behandeling van de koelakken"
- "Een woeste klap"
- "Vicieuze trappen"
- synoniem:
- barbaars ,
- wreed ,
- viel ,
- ruw ,
- woest ,
- gemeen
3. Unjustly domineering
- "Incensed at the government's heavy-handed economic policies"
- "A manager who rode roughshod over all opposition"
- synonym:
- heavy-handed ,
- roughshod
3. Onrechtmatig dominant
- "Opgewonden in het hardhandige economische beleid van de regering"
- "Een manager die ruw over alle oppositie reed"
- synoniem:
- hardhandig ,
- ruw