Translation meaning & definition of the word "renter" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "verstrekker" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Renter
[Huurder]/rɛntər/
noun
1. Someone who pays rent to use land or a building or a car that is owned by someone else
- "The landlord can evict a tenant who doesn't pay the rent"
- synonym:
- tenant ,
- renter
1. Iemand die huur betaalt om land of een gebouw of een auto te gebruiken die eigendom is van iemand anders
- "De verhuurder kan een huurder uitzetten die de huur niet betaalt"
- synoniem:
- huurder
2. An owner of property who receives payment for its use by another person
- synonym:
- renter
2. Een eigenaar van onroerend goed die betaling ontvangt voor gebruik door een andere persoon
- synoniem:
- huurder