Translation meaning & definition of the word "refit" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "refit" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Refit
[Refit]/rifɪt/
noun
1. Outfitting a ship again (by repairing or replacing parts)
- synonym:
- refit
1. Een schip opnieuw uitrusten ( door onderdelen te repareren of te vervangen )
- synoniem:
- refit
verb
1. Fit out again
- synonym:
- refit
1. Weer fit
- synoniem:
- refit