Translation meaning & definition of the word "receipts" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "ontvangsten" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Receipts
[Ontvangsten]/rɪsits/
noun
1. The entire amount of income before any deductions are made
- synonym:
- gross ,
- revenue ,
- receipts
1. Het volledige bedrag van de inkomsten voordat er inhoudingen worden gedaan
- synoniem:
- bruto ,
- inkomsten ,
- ontvangsten
Examples of using
Our receipts for the month will just pay these expenses.
Onze bonnetjes voor de maand betalen deze kosten gewoon.