Translation meaning & definition of the word "poised" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "gefaseerd" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Poised
[Gemoderniseerd]/pɔɪzd/
adjective
1. Marked by balance or equilibrium and readiness for action
- "A gull in poised flight"
- "George's poised hammer"
- synonym:
- poised
1. Gekenmerkt door evenwicht of evenwicht en bereidheid tot actie
- "Een meeuw in evenwichtige vlucht"
- "George's evenwichtige hamer"
- synoniem:
- klaar
2. In full control of your faculties
- "The witness remained collected throughout the cross-examination"
- "Perfectly poised and sure of himself"
- "More self-contained and more dependable than many of the early frontiersmen"
- "Strong and self-possessed in the face of trouble"
- synonym:
- collected ,
- equanimous ,
- poised ,
- self-collected ,
- self-contained ,
- self-possessed
2. Volledige controle over uw faculteiten
- "De getuige bleef tijdens het kruisverhoor verzameld"
- "Perfect evenwichtig en zeker van zichzelf"
- "Op zichzelf staand en betrouwbaarder dan veel van de vroege grenswachters"
- "Sterk en zelfingenomen in geval van problemen"
- synoniem:
- verzameld ,
- gelijkmoedig ,
- klaar ,
- zelf verzameld ,
- op zichzelf staand ,
- zelf bezeten