Translation meaning & definition of the word "overland" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "overland" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Overland
[Overland]/oʊvərlænd/
adjective
1. Traveling or passing over land
- "An overland journey"
- "The overland route used by marco polo"
- synonym:
- overland
1. Reizen of passeren van land
- "Een reis over land"
- "De route over land gebruikt door marco polo"
- synoniem:
- overland