Translation meaning & definition of the word "optic" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "optisch" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Optic
[Optisch]/ɑptɪk/
noun
1. The organ of sight
- synonym:
- eye ,
- oculus ,
- optic
1. Het gezichtsorgaan
- synoniem:
- oog ,
- oculus ,
- optisch
adjective
1. Of or relating to or resembling the eye
- "Ocular muscles"
- "An ocular organ"
- "Ocular diseases"
- "The optic (or optical) axis of the eye"
- "An ocular spot is a pigmented organ or part believed to be sensitive to light"
- synonym:
- ocular ,
- optic ,
- optical ,
- opthalmic
1. Van of gerelateerd aan of gelijkend aan het oog
- "Oculaire spieren"
- "Een oculair orgaan"
- "Oculaire ziekten"
- "De optische ( of optische ) oogas"
- "Een oogvlek is een gepigmenteerd orgaan of een deel waarvan wordt aangenomen dat het gevoelig is voor licht"
- synoniem:
- oculair ,
- optisch ,
- opthalmisch
2. Relating to or using sight
- "Ocular inspection"
- "An optical illusion"
- "Visual powers"
- "Visual navigation"
- synonym:
- ocular ,
- optic ,
- optical ,
- visual
2. Met betrekking tot of gebruik van zicht
- "Oculaire inspectie"
- "Een optische illusie"
- "Visuele bevoegdheden"
- "Visuele navigatie"
- synoniem:
- oculair ,
- optisch ,
- visueel