Translation meaning & definition of the word "only" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "alleen" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Only
[Alleen]/oʊnli/
adjective
1. Being the only one
- Single and isolated from others
- "The lone doctor in the entire county"
- "A lonesome pine"
- "An only child"
- "The sole heir"
- "The sole example"
- "A solitary instance of cowardice"
- "A solitary speck in the sky"
- synonym:
- lone(a) ,
- lonesome(a) ,
- only(a) ,
- sole(a) ,
- solitary(a)
1. De enige zijn
- Alleenstaand en geïsoleerd van anderen
- "De eenzame dokter in de hele provincie"
- "Een eenzame den"
- "Een enig kind"
- "De enige erfgenaam"
- "Het enige voorbeeld"
- "Een eenzaam voorbeeld van lafheid"
- "Een eenzame vlek in de lucht"
- synoniem:
- eenzaam ( a ) ,
- alleen ( a ) ,
- zool ( a ) ,
- solitair ( a )
2. Exclusive of anyone or anything else
- "She alone believed him"
- "Cannot live by bread alone"
- "I'll have this car and this car only"
- synonym:
- alone(p) ,
- only
2. Exclusief voor iemand of iets anders
- "Alleen zij geloofde hem"
- "Kan niet alleen van brood leven"
- "Ik heb alleen deze auto en deze auto"
- synoniem:
- alleen ( p ) ,
- alleen
adverb
1. And nothing more
- "I was merely asking"
- "It is simply a matter of time"
- "Just a scratch"
- "He was only a child"
- "Hopes that last but a moment"
- synonym:
- merely ,
- simply ,
- just ,
- only ,
- but
1. En niets meer
- "Ik vroeg het alleen maar"
- "Het is gewoon een kwestie van tijd"
- "Gewoon een kras"
- "Hij was nog maar een kind"
- "Hoopt dat maar een moment"
- synoniem:
- slechts ,
- gewoon ,
- alleen ,
- maar
2. Without any others being included or involved
- "Was entirely to blame"
- "A school devoted entirely to the needs of problem children"
- "He works for mr. smith exclusively"
- "Did it solely for money"
- "The burden of proof rests on the prosecution alone"
- "A privilege granted only to him"
- synonym:
- entirely ,
- exclusively ,
- solely ,
- alone ,
- only
2. Zonder dat er anderen bij betrokken of betrokken zijn
- "Was helemaal de schuld"
- "Een school die volledig is gewijd aan de behoeften van probleemkinderen"
- "Hij werkt uitsluitend voor mr. smith"
- "Deed het alleen voor geld"
- "De bewijslast berust alleen op de vervolging"
- "Een voorrecht dat alleen aan hem is verleend"
- synoniem:
- helemaal ,
- uitsluitend ,
- alleen
3. With nevertheless the final result
- "He arrived only to find his wife dead"
- "We won only to lose again in the next round"
- synonym:
- only
3. Met toch het eindresultaat
- "Hij kwam alleen om zijn vrouw dood te vinden"
- "We hebben alleen gewonnen om weer te verliezen in de volgende ronde"
- synoniem:
- alleen
4. In the final outcome
- "These news will only make you more upset"
- synonym:
- only
4. In het uiteindelijke resultaat
- "Dit nieuws zal je alleen maar meer van streek maken"
- synoniem:
- alleen
5. Except that
- "It was the same story
- Only this time she came out better"
- synonym:
- only
5. Behalve dat
- "Het was hetzelfde verhaal
- Alleen deze keer kwam ze er beter uit"
- synoniem:
- alleen
6. Never except when
- "Call me only if your cold gets worse"
- synonym:
- only ,
- only if ,
- only when
6. Nooit behalve wanneer
- "Bel me alleen als je verkoudheid erger wordt"
- synoniem:
- alleen ,
- alleen als ,
- alleen wanneer
7. As recently as
- "I spoke to him only an hour ago"
- synonym:
- only
7. Zo recent als
- "Ik heb hem pas een uur geleden gesproken"
- synoniem:
- alleen
Examples of using
It's only three o'clock.
Het is maar drie uur.
Ignore it. It's only a rumor.
Negeer het. Het is maar een gerucht.
That's the only possibility.
Dat is de enige mogelijkheid.