Translation meaning & definition of the word "offended" into Dutch language

adjective

1. Hurt or upset

• "She looked offended"

• "Face had a pained and puzzled expression"

synonym:
• offended
,
• pained

1. Pijn of overstuur

• "Ze zag er beledigd uit"

• "Gezicht had een pijnlijke en verwarde uitdrukking"

synoniem:
• beledigd
,
• gekwetst

Examples of using

If you are lucky enough to look under 100, please don't be offended if we ask you for ID.

Als je het geluk hebt om onder de 100 te kijken, wees dan niet beledigd als we je om een identiteitsbewijs vragen.

I hope I haven't offended you.

Ik hoop dat ik je niet beledigd heb.

Don't be offended.

Wees niet beledigd.

I wasn't offended.

Ik was niet beledigd.

I hope Tom wasn't offended.

Ik hoop dat Tom niet beledigd was.

I'm not offended.

Ik ben niet beledigd.

I was offended.

Ik was beledigd.

I hope I haven't offended anyone.

Ik hoop dat ik niemand heb beledigd.

I don't know how I've offended you.

Ik weet niet hoe ik je heb beledigd.

Tom offended Mary.

Tom beledigde Mary.

His words offended me.

Zijn woorden beledigden me.

His way of speaking offended me.

Zijn manier van spreken beledigde me.

If you are lucky enough to look under 25, please don't be offended if we ask you for ID.

Als je het geluk hebt om onder de 25 te kijken, wees dan niet beledigd als we je om een identiteitsbewijs vragen.

I wasn't offended.

Ik was niet beledigd.

I wasn't offended.

Ik was niet beledigd.

I'm not offended.

Ik ben niet beledigd.

I was offended.

Ik was beledigd.

I was offended.

Ik was beledigd.

I was offended.

Ik was beledigd.

I was offended.

Ik was beledigd.