Translation meaning & definition of the word "null" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "null" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Null
[Null]/nəl/
noun
1. A quantity of no importance
- "It looked like nothing i had ever seen before"
- "Reduced to nil all the work we had done"
- "We racked up a pathetic goose egg"
- "It was all for naught"
- "I didn't hear zilch about it"
- synonym:
- nothing ,
- nil ,
- nix ,
- nada ,
- null ,
- aught ,
- cipher ,
- cypher ,
- goose egg ,
- naught ,
- zero ,
- zilch ,
- zip ,
- zippo
1. Een hoeveelheid van geen belang
- "Het zag eruit als niets dat ik ooit had gezien"
- "Verlaagd tot nul al het werk dat we hadden gedaan"
- "We hebben een zielig ganzenei verzameld"
- "Het was allemaal voor niets"
- "Ik heb er niets van gehoord"
- synoniem:
- niets ,
- nihil ,
- nix ,
- nada ,
- nul ,
- aught ,
- cijfer ,
- cypher ,
- ganzenei ,
- zilch ,
- rits ,
- zippo
adjective
1. Lacking any legal or binding force
- "Null and void"
- synonym:
- null ,
- void
1. Het ontbreken van enige juridische of bindende kracht
- "Null and ledig"
- synoniem:
- nul ,
- leegte
Examples of using
A number of same-sex marriages conducted last weekend have been declared null and void after the High Court of Australia ruled that the legislation allowing the marriages was unconstitutional.
Een aantal homohuwelijken die afgelopen weekend zijn gesloten, zijn nietig verklaard nadat het Hooggerechtshof van Australië had geoordeeld dat de wetgeving die de huwelijken toestaat ongrondwettelijk was.