Translation meaning & definition of the word "motorcar" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "motorwagen" in Nederlandse taal
English⟶Dutch
Motorcar
[Motorwagen]/moʊtərkɑr/
noun
1. A motor vehicle with four wheels
- Usually propelled by an internal combustion engine
- "He needs a car to get to work"
- synonym:
- car ,
- auto ,
- automobile ,
- machine ,
- motorcar
1. Een motorvoertuig met vier wielen
- Meestal aangedreven door een verbrandingsmotor
- "Hij heeft een auto nodig om aan het werk te gaan"
- synoniem:
- auto ,
- automatisch ,
- machine