Lingvanex Tranalator

Translator for


translation app

Lingvanex - your universal translation app

Translator for

Download For Free

Translation meaning & definition of the word "minor" into Dutch language

Vertaling betekenis & definitie van het woord "minor" in de Nederlandse taal

EnglishDutch

Minor

[Klein]
/maɪnər/

noun

1. A young person of either sex

  • "She writes books for children"
  • "They're just kids"
  • "`tiddler' is a british term for youngster"
    synonym:
  • child
  • ,
  • kid
  • ,
  • youngster
  • ,
  • minor
  • ,
  • shaver
  • ,
  • nipper
  • ,
  • small fry
  • ,
  • tiddler
  • ,
  • tike
  • ,
  • tyke
  • ,
  • fry
  • ,
  • nestling

1. Een jongere van beide geslachten

  • "Ze schrijft boeken voor kinderen"
  • "Het zijn maar kinderen"
  • "` tiddler '' is een britse term voor jongeren"
    synoniem:
  • kind
  • ,
  • jongere
  • ,
  • klein
  • ,
  • scheerapparaat
  • ,
  • tang
  • ,
  • kleine jongen
  • ,
  • tiddler
  • ,
  • tike
  • ,
  • tyke
  • ,
  • frituren
  • ,
  • nestelen

adjective

1. Of lesser importance or stature or rank

  • "A minor poet"
  • "Had a minor part in the play"
  • "A minor official"
  • "Many of these hardy adventurers were minor noblemen"
  • "Minor back roads"
    synonym:
  • minor

1. Van minder belang of gestalte of rang

  • "Een kleine dichter"
  • "Had een kleine rol in het stuk"
  • "Een kleine ambtenaar"
  • "Veel van deze sterke avonturiers waren kleine edellieden"
  • "Kleine binnenwegen"
    synoniem:
  • klein

2. Lesser in scope or effect

  • "Had minor differences"
  • "A minor disturbance"
    synonym:
  • minor

2. Kleiner in omvang of effect

  • "Had kleine verschillen"
  • "Een kleine storing"
    synoniem:
  • klein

3. Inferior in number or size or amount

  • "A minor share of the profits"
  • "Ursa minor"
    synonym:
  • minor

3. Inferieur in aantal of grootte of hoeveelheid

  • "Een klein deel van de winst"
  • "Ursa minor"
    synoniem:
  • klein

4. Of a scale or mode

  • "The minor keys"
  • "In b flat minor"
    synonym:
  • minor

4. Van een schaal of modus

  • "De kleine sleutels"
  • "In bes klein"
    synoniem:
  • klein

5. Not of legal age

  • "Minor children"
    synonym:
  • minor
  • ,
  • nonaged
  • ,
  • underage

5. Niet van wettelijke leeftijd

  • "Kleine kinderen"
    synoniem:
  • klein
  • ,
  • niet
  • ,
  • minderjarigen

6. Of lesser seriousness or danger

  • "Suffered only minor injuries"
  • "Some minor flooding"
  • "A minor tropical disturbance"
    synonym:
  • minor

6. Van mindere ernst of gevaar

  • "Slechts kleine verwondingen opgelopen"
  • "Een kleine overstroming"
  • "Een kleine tropische verstoring"
    synoniem:
  • klein

7. Of your secondary field of academic concentration or specialization

    synonym:
  • minor

7. Van je secundaire veld van academische concentratie of specialisatie

    synoniem:
  • klein

8. Of the younger of two boys with the same family name

  • "Jones minor"
    synonym:
  • minor(ip)

8. Van de jongste van twee jongens met dezelfde familienaam

  • "Jones minor"
    synoniem:
  • klein ( ip )

9. Warranting only temporal punishment

  • "Venial sin"
    synonym:
  • minor
  • ,
  • venial

9. Alleen tijdelijke straf rechtvaardigen

  • "Woonzonde"
    synoniem:
  • klein
  • ,
  • veniaal

10. Limited in size or scope

  • "A small business"
  • "A newspaper with a modest circulation"
  • "Small-scale plans"
  • "A pocket-size country"
    synonym:
  • minor
  • ,
  • modest
  • ,
  • small
  • ,
  • small-scale
  • ,
  • pocket-size
  • ,
  • pocket-sized

10. Beperkt in omvang of reikwijdte

  • "Een klein bedrijf"
  • "Een krant met een bescheiden oplage"
  • "Kleine plannen"
  • "Een land op zakformaat"
    synoniem:
  • klein
  • ,
  • bescheiden
  • ,
  • kleinschalig
  • ,
  • zakformaat

Examples of using

My watch needs only minor repairs.
Mijn horloge heeft slechts kleine reparaties nodig.
The house only needs minor repairs.
Het huis heeft slechts kleine reparaties nodig.
In Germany you're a minor if you're younger than 100 years old.
In Duitsland ben je minderjarig als je jonger bent dan 100 jaar.