Translation meaning & definition of the word "mild" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "mild" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Mild
[Mild]/maɪld/
adjective
1. Moderate in type or degree or effect or force
- Far from extreme
- "A mild winter storm"
- "A mild fever"
- "Fortunately the pain was mild"
- "A mild rebuke"
- "Mild criticism"
- synonym:
- mild
1. Matig van type of graad of effect of kracht
- Verre van extreem
- "Een milde winterstorm"
- "Een milde koorts"
- "Gelukkig was de pijn mild"
- "Een milde berisping"
- "Milde kritiek"
- synoniem:
- mild
2. Humble in spirit or manner
- Suggesting retiring mildness or even cowed submissiveness
- "Meek and self-effacing"
- synonym:
- meek ,
- mild ,
- modest
2. Nederig in geest of manier
- Suggereert met pensioen gaan of zelfs onderdanigheid
- "Meek en zelfverwijderend"
- synoniem:
- zachtmoedig ,
- mild ,
- bescheiden
3. Mild and pleasant
- "Balmy days and nights"
- "The climate was mild and conducive to life or growth"
- "A soft breeze"
- synonym:
- balmy ,
- mild ,
- soft
3. Mild en aangenaam
- "Balmy dagen en nachten"
- "Het klimaat was mild en bevorderlijk voor leven of groei"
- "Een zachte bries"
- synoniem:
- zwoel ,
- mild ,
- zacht
Examples of using
Japan has a mild climate.
Japan heeft een mild klimaat.
The climate of Japan is mild.
Het klimaat in Japan is mild.
This winter has been mild.
Deze winter was mild.