Translation meaning & definition of the word "masked" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "gemaskeerd" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Masked
[Gemaskerd]/mæskt/
adjective
1. Having its true character concealed with the intent of misleading
- "Hidden agenda"
- "Masked threat"
- synonym:
- cloaked ,
- disguised ,
- masked
1. Zijn ware karakter verborgen houden met de bedoeling misleidend te zijn
- "Verborgen agenda"
- "Gemaskerde dreiging"
- synoniem:
- verhuld ,
- vermomd ,
- gemaskeerd
2. Having markings suggestive of a mask
- "The masked face of a raccoon"
- synonym:
- masked
2. Markeringen hebben die wijzen op een masker
- "Het gemaskerde gezicht van een wasbeer"
- synoniem:
- gemaskeerd