Translation meaning & definition of the word "lumbering" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "lumbering" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Lumbering
[Houtig]/ləmbərɪŋ/
noun
1. The trade of cutting or preparing or selling timber
- synonym:
- lumbering
1. De handel in het zagen of voorbereiden of verkopen van hout
- synoniem:
- logeren
adjective
1. Slow and laborious because of weight
- "The heavy tread of tired troops"
- "Moved with a lumbering sag-bellied trot"
- "Ponderous prehistoric beasts"
- "A ponderous yawn"
- synonym:
- heavy ,
- lumbering ,
- ponderous
1. Langzaam en bewerkelijk vanwege gewicht
- "Het zware loopvlak van vermoeide troepen"
- "Bewogen met een logge, doorzakken geklede draf"
- "Prachtige prehistorische beesten"
- "Een zware geeuw"
- synoniem:
- zwaar ,
- logeren ,
- log
Examples of using
We do lumbering up the river.
We lopen de rivier op.