Tom lay awake in bed, listening to the rain.
Tom lag wakker in bed en luisterde naar de regen.
Are you listening, Tom?
Luister je, Tom?
Weren't you listening, Tom?
Heb je niet geluisterd, Tom?
You're not listening.
Je luistert niet.
I'm tired listening to you.
Ik ben moe naar je te luisteren.
Are you listening to the radio?
Luister je naar de radio?
I know you're listening.
Ik weet dat je luistert.
I hope you're listening.
Ik hoop dat je luistert.
I fell asleep listening to music.
Ik viel in slaap terwijl ik naar muziek luisterde.
Tom is listening now.
Tom luistert nu.
They were not listening.
Ze luisterden niet.
Tom was listening.
Tom luisterde.
I'm tired of listening to your complaints.
Ik ben het zat om naar je klachten te luisteren.
I am listening to country music.
Ik luister naar countrymuziek.
You're not listening!
Je luistert niet!
I'm tired of listening to your complaints.
Ik ben het zat om naar je klachten te luisteren.
I'm not listening.
Ik luister niet.
For free English to Dutch translation, utilize the Lingvanex translation apps.
We apply ultimate machine translation technology and artificial intelligence to offer a free Dutch-English online text translator.