Lingvanex Tranalator

Translator for


translation app

Lingvanex - your universal translation app

Translator for

Download For Free

Translation meaning & definition of the word "lie" into Dutch language

Vertaling betekenis & definitie van het woord "leugen" in de Nederlandse taal

EnglishDutch

Lie

[Liegen]
/laɪ/

noun

1. A statement that deviates from or perverts the truth

    synonym:
  • lie
  • ,
  • prevarication

1. Een verklaring die afwijkt van of verdraait de waarheid

    synoniem:
  • leugen
  • ,
  • voorspelling

2. Norwegian diplomat who was the first secretary general of the united nations (1896-1968)

    synonym:
  • Lie
  • ,
  • Trygve Lie
  • ,
  • Trygve Halvden Lie

2. Noorse diplomaat die de eerste secretaris-generaal van de verenigde naties was ( 1896-1968 )

    synoniem:
  • Liegen
  • ,
  • Trygve Lie
  • ,
  • Trygve Halvden Lie

3. Position or manner in which something is situated

    synonym:
  • lie

3. Positie of manier waarop iets zich bevindt

    synoniem:
  • leugen

verb

1. Be located or situated somewhere

  • Occupy a certain position
    synonym:
  • lie

1. Ergens gelegen of gelegen zijn

  • Een bepaalde positie innemen
    synoniem:
  • leugen

2. Be lying, be prostrate

  • Be in a horizontal position
  • "The sick man lay in bed all day"
  • "The books are lying on the shelf"
    synonym:
  • lie

2. Liegen, neergeslagen zijn

  • In een horizontale positie zijn
  • "De zieke man lag de hele dag in bed"
  • "De boeken liggen op de plank"
    synoniem:
  • leugen

3. Originate (in)

  • "The problems dwell in the social injustices in this country"
    synonym:
  • dwell
  • ,
  • consist
  • ,
  • lie
  • ,
  • lie in

3. Ontstaan ( in )

  • "De problemen leven in de sociale onrechtvaardigheden in dit land"
    synoniem:
  • wonen
  • ,
  • bestaan
  • ,
  • leugen
  • ,
  • liggen in

4. Be and remain in a particular state or condition

  • "Lie dormant"
    synonym:
  • lie

4. In een bepaalde staat of toestand zijn en blijven

  • "Liggend slapend"
    synoniem:
  • leugen

5. Tell an untruth

  • Pretend with intent to deceive
  • "Don't lie to your parents"
  • "She lied when she told me she was only 29"
    synonym:
  • lie

5. Vertel een onwaarheid

  • Doen alsof ze willen bedriegen
  • "Lieg niet tegen je ouders"
  • "Ze loog toen ze me vertelde dat ze pas 29 was"
    synoniem:
  • leugen

6. Have a place in relation to something else

  • "The fate of bosnia lies in the hands of the west"
  • "The responsibility rests with the allies"
    synonym:
  • lie
  • ,
  • rest

6. Een plaats hebben in relatie tot iets anders

  • "Het lot van bosnië ligt in de handen van het westen"
  • "De verantwoordelijkheid ligt bij de geallieerden"
    synoniem:
  • leugen
  • ,
  • rust

7. Assume a reclining position

  • "Lie down on the bed until you feel better"
    synonym:
  • lie down
  • ,
  • lie

7. Neem een liggende positie aan

  • "Ga op het bed liggen tot je je beter voelt"
    synoniem:
  • ga liggen
  • ,
  • leugen

Examples of using

Why did you lie to Tom?
Waarom loog je tegen Tom?
Let's lie on the sand.
Laten we op het zand gaan liggen.
Art is the lie that enables us to realize the truth.
Kunst is de leugen die ons in staat stelt de waarheid te beseffen.