Translation meaning & definition of the word "lam" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "lam" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Lam
[Lam]/læm/
noun
1. A rapid escape (as by criminals)
- "The thieves made a clean getaway"
- "After the expose he had to take it on the lam"
- synonym:
- getaway ,
- lam
1. Een snelle ontsnapping ( zoals door criminelen )
- "De dieven maakten een schoon uitje"
- "Na de onthulling moest hij het op de lam nemen"
- synoniem:
- uitje ,
- lam
verb
1. Flee
- Take to one's heels
- Cut and run
- "If you see this man, run!"
- "The burglars escaped before the police showed up"
- synonym:
- scat ,
- run ,
- scarper ,
- turn tail ,
- lam ,
- run away ,
- hightail it ,
- bunk ,
- head for the hills ,
- take to the woods ,
- escape ,
- fly the coop ,
- break away
1. Vluchten
- Ga op de hielen zitten
- Knippen en rennen
- "Als je deze man ziet, ren dan!"
- "De inbrekers zijn ontsnapt voordat de politie kwam opdagen"
- synoniem:
- scat ,
- rennen ,
- scharlaken ,
- draai staart ,
- lam ,
- wegrennen ,
- hightail het ,
- stapelbed ,
- ga naar de heuvels ,
- ga naar het bos ,
- ontsnappen ,
- vlieg het hok ,
- breken
2. Give a thrashing to
- Beat hard
- synonym:
- thrash ,
- thresh ,
- lam ,
- flail
2. Geef een pak slaag
- Hard verslaan
- synoniem:
- thrash ,
- dresh ,
- lam ,
- dorsvlegel