Examples of using
Get out of my kitchen!
Ga uit mijn keuken!
While my wife was shopping in town, I tidied up in the kitchen.
Terwijl mijn vrouw in de stad aan het winkelen was, ruimde ik op in de keuken.
If it were so easy to take a house with you, I would at least have brought one with a kitchen and a bathroom.
Als het zo gemakkelijk was om een huis mee te nemen, had ik er in ieder geval een meegenomen met een keuken en een badkamer.
I'm drinking water in the kitchen.
Ik drink water in de keuken.
Help yourself. There's plenty more in the kitchen.
Help jezelf. Er is nog veel meer in de keuken.
"Where are my glasses?" - "You've left them on the kitchen table."
"Waar is mijn bril?' - "Je hebt ze op de keukentafel achtergelaten."
I'm eating soup in the kitchen.
Ik eet soep in de keuken.
Lock the dog in the kitchen.
Sluit de hond op in de keuken.
Do you mind eating in the kitchen?
Vind je het erg om in de keuken te eten?
Who's in charge of the school kitchen?
Wie heeft de leiding over de schoolkeuken?
You'll find it under the kitchen stove.
Je vindt het onder de keukenkachel.
These goats will ruin your kitchen garden.
Deze geiten verpesten je moestuin.
Tom was in the kitchen.
Tom was in de keuken.
Tom is in the kitchen washing dishes.
Tom is in de keuken aan het afwassen.
I'll be in the kitchen.
Ik zal in de keuken zijn.
Tom went to the kitchen to get a cup of coffee.
Tom ging naar de keuken om een kop koffie te halen.
What was that loud crash in the kitchen?
Wat was die luide crash in de keuken?
I need a kitchen knife.
Ik heb een keukenmes nodig.
There are rats in the kitchen.
Er zijn ratten in de keuken.
Is there a telephone in the kitchen?
Is er een telefoon in de keuken?
