Translation meaning & definition of the word "keyed" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "sleutel" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Keyed
[Sleutel]/kid/
adjective
1. Fitted with or secured by a key
- "A keyed instrument"
- "The locks have not yet been keyed"
- synonym:
- keyed
1. Voorzien van of vastgezet met een sleutel
- "Een sleutelinstrument"
- "De sloten zijn nog niet ingetoetst"
- synoniem:
- ingetoetst
2. Set to a key or tone
- synonym:
- keyed
2. Ingesteld op een sleutel of toon
- synoniem:
- ingetoetst