When Tom lost his job, he couldn't keep up his mortgage repayments and he was threatened with foreclosure.
Toen Tom zijn baan verloor, kon hij zijn hypotheekaflossingen niet volhouden en werd hij bedreigd met executie.
I told you to keep silent.
Ik zei dat je moest zwijgen.
I couldn't keep from smiling.
Ik kon niet blijven lachen.
Only prayers keep him alive.
Alleen gebeden houden hem in leven.
I try to keep business and pleasure separate.
Ik probeer zaken en plezier gescheiden te houden.
Do you want to keep somebody far from you?
Wil je iemand ver van je houden?
If you don't keep quiet I'll punch you in the nose.
Als je niet zwijgt, sla ik je op je neus.
My father told me to keep silent.
Mijn vader zei dat ik moest zwijgen.
My mother won't let us keep pets in the house.
Mijn moeder laat ons geen huisdieren in huis houden.
Tom has never been able to keep up with the other students.
Tom heeft de andere studenten nooit kunnen bijhouden.
Does your watch keep good time?
Houdt je horloge de tijd?
I always keep my word.
Ik houd altijd mijn woord.
May I keep this photograph?
Mag ik deze foto bewaren?
Sorry to keep you waiting.
Sorry dat ik je laat wachten.
For free English to Dutch translation, utilize the Lingvanex translation apps.
We apply ultimate machine translation technology and artificial intelligence to offer a free Dutch-English online text translator.