Translation meaning & definition of the word "jutting" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "jutting" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Jutting
[Jutting]/ʤətɪŋ/
noun
1. The act of projecting out from something
- synonym:
- protrusion ,
- projection ,
- jut ,
- jutting
1. Het uit projecteren van iets
- synoniem:
- uitsteeksel ,
- projectie ,
- jut ,
- stoten
adjective
1. Extending out above or beyond a surface or boundary
- "The jutting limb of a tree"
- "Massive projected buttresses"
- "His protruding ribs"
- "A pile of boards sticking over the end of his truck"
- synonym:
- jutting ,
- projected ,
- projecting ,
- protruding ,
- relieved ,
- sticking(p) ,
- sticking out(p)
1. Zich uitstrekken boven of voorbij een oppervlak of grens
- "Het stotende ledemaat van een boom"
- "Enorme geprojecteerde steunberen"
- "Zijn uitstekende ribben"
- "Een stapel planken die over het uiteinde van zijn vrachtwagen blijft steken"
- synoniem:
- stoten ,
- geprojecteerd ,
- projecteren ,
- uitstekende ,
- opgelucht ,
- plakken ( p ) ,
- uitsteekt ( p )