Translation meaning & definition of the word "junk" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "junk" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Junk
[Junk]/ʤəŋk/
noun
1. The remains of something that has been destroyed or broken up
- synonym:
- debris ,
- dust ,
- junk ,
- rubble ,
- detritus
1. De overblijfselen van iets dat is vernietigd of gebroken
- synoniem:
- puin ,
- stof ,
- rommel ,
- afval
2. Any of various chinese boats with a high poop and lugsails
- synonym:
- junk
2. Elk van de verschillende chinese boten met een hoge kak en lugsails
- synoniem:
- rommel
verb
1. Dispose of (something useless or old)
- "Trash these old chairs"
- "Junk an old car"
- "Scrap your old computer"
- synonym:
- trash ,
- junk ,
- scrap
1. ( iets nutteloos of oud ) weggooien
- "Verpletter deze oude stoelen"
- "Junk een oude auto"
- "Schroot je oude computer"
- synoniem:
- afval ,
- rommel ,
- schroot
Examples of using
"Your Majesty, you are evil!" "I'm evil to the people who spend all my money on junk like faulty maps!"
"Majesteit, u bent slecht!" "Ik ben slecht voor de mensen die al mijn geld uitgeven aan rommel zoals defecte kaarten!"
We wouldn't take such junk even as a gift.
We zouden zo'n rommel niet als een geschenk nemen.
The firemen were prevented from reaching the woman trapped in her house, because of the huge pile of junk she had accumulated over many years.
De brandweerlieden konden de vrouw die in haar huis vastzat niet bereiken vanwege de enorme stapel rommel die ze gedurende vele jaren had verzameld.