Translation meaning & definition of the word "job" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "baan" in de Nederlandse taal
Job
[Baan]noun
1. The principal activity in your life that you do to earn money
- "He's not in my line of business"
- synonym:
- occupation ,
- business ,
- job ,
- line of work ,
- line
1. De belangrijkste activiteit in je leven die je doet om geld te verdienen
- "Hij zit niet in mijn branche"
- synoniem:
- bezetting ,
- zaken ,
- baan ,
- werklijn ,
- lijn
2. A specific piece of work required to be done as a duty or for a specific fee
- "Estimates of the city's loss on that job ranged as high as a million dollars"
- "The job of repairing the engine took several hours"
- "The endless task of classifying the samples"
- "The farmer's morning chores"
- synonym:
- job ,
- task ,
- chore
2. Een specifiek werkstuk dat moet worden gedaan als dienst of voor een specifieke vergoeding
- "De schattingen van het verlies van de stad op die baan varieerden tot wel een miljoen dollar"
- "Het repareren van de motor heeft enkele uren geduurd"
- "De eindeloze taak om de monsters te classificeren"
- "De ochtendklusjes van de boer"
- synoniem:
- baan ,
- taak ,
- karwei
3. A workplace
- As in the expression "on the job"
- synonym:
- job
3. Een werkplek
- Zoals in de uitdrukking "on the job"
- synoniem:
- baan
4. An object worked on
- A result produced by working
- "He held the job in his left hand and worked on it with his right"
- synonym:
- job
4. Een object werkte aan
- Een resultaat geproduceerd door werken
- "Hij hield de baan in zijn linkerhand en werkte er met zijn rechterhand aan"
- synoniem:
- baan
5. The responsibility to do something
- "It is their job to print the truth"
- synonym:
- job
5. De verantwoordelijkheid om iets te doen
- "Het is hun taak om de waarheid af te drukken"
- synoniem:
- baan
6. The performance of a piece of work
- "She did an outstanding job as ophelia"
- "He gave it up as a bad job"
- synonym:
- job
6. De uitvoering van een werkstuk
- "Ze heeft uitstekend werk geleverd als ophelia"
- "Hij gaf het op als een slechte baan"
- synoniem:
- baan
7. A damaging piece of work
- "Dry rot did the job of destroying the barn"
- "The barber did a real job on my hair"
- synonym:
- job
7. Een schadelijk stuk werk
- "Droge rot heeft de schuur vernietigd"
- "De kapper heeft echt werk geleverd aan mijn haar"
- synoniem:
- baan
8. A state of difficulty that needs to be resolved
- "She and her husband are having problems"
- "It is always a job to contact him"
- "Urban problems such as traffic congestion and smog"
- synonym:
- problem ,
- job
8. Een moeilijkheidsgraad die moet worden opgelost
- "Zij en haar man hebben problemen"
- "Het is altijd een taak om contact met hem op te nemen"
- "Stedelijke problemen zoals verkeersopstoppingen en smog"
- synoniem:
- probleem ,
- baan
9. A jewish hero in the old testament who maintained his faith in god in spite of afflictions that tested him
- synonym:
- Job
9. Een joodse held in het oude testament die zijn geloof in god handhaafde ondanks verdrukkingen die hem testten
- synoniem:
- Baan
10. Any long-suffering person who withstands affliction without despairing
- synonym:
- Job
10. Elke lankmoedige persoon die verdrukking weerstaat zonder wanhoop
- synoniem:
- Baan
11. (computer science) a program application that may consist of several steps but is a single logical unit
- synonym:
- job
11. ( informatica ) een programmatoepassing die uit meerdere stappen kan bestaan, maar een enkele logische eenheid is
- synoniem:
- baan
12. A book in the old testament containing job's pleas to god about his afflictions and god's reply
- synonym:
- Job ,
- Book of Job
12. Een boek in het oude testament met jobs smeekbeden aan god over zijn ellende en gods antwoord
- synoniem:
- Baan ,
- Boek van Job
13. A crime (especially a robbery)
- "The gang pulled off a bank job in st. louis"
- synonym:
- caper ,
- job
13. Een misdaad ( vooral een overval )
- "De bende heeft een bankbaan in st. louis"
- synoniem:
- kappertje ,
- baan
verb
1. Profit privately from public office and official business
- synonym:
- job
1. Privé profiteren van een openbaar kantoor en officiële zaken
- synoniem:
- baan
2. Arranged for contracted work to be done by others
- synonym:
- subcontract ,
- farm out ,
- job
2. Ervoor gezorgd dat gecontracteerd werk door anderen wordt gedaan
- synoniem:
- onderaanneming ,
- boerderij uit ,
- baan
3. Work occasionally
- "As a student i jobbed during the semester breaks"
- synonym:
- job
3. Af en toe werken
- "Als student heb ik tijdens de pauzes van het semester gewerkt"
- synoniem:
- baan
4. Invest at a risk
- "I bought this house not because i want to live in it but to sell it later at a good price, so i am speculating"
- synonym:
- speculate ,
- job
4. Investeer met een risico
- "Ik heb dit huis niet gekocht omdat ik erin wil wonen, maar het later tegen een goede prijs wil verkopen, dus ik speculeer"
- synoniem:
- speculeren ,
- baan