Translation meaning & definition of the word "ion" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "ion" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Ion
[Ion]/aɪən/
noun
1. A particle that is electrically charged (positive or negative)
- An atom or molecule or group that has lost or gained one or more electrons
- synonym:
- ion
1. Een deeltje dat elektrisch geladen is ( positief of negatief )
- Een atoom of molecuul of groep die een of meer elektronen heeft verloren of gewonnen
- synoniem:
- ion