Translation meaning & definition of the word "inn" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "inn" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Inn
[Inn]/ɪn/
noun
1. A hotel providing overnight lodging for travelers
- synonym:
- hostel ,
- hostelry ,
- inn ,
- lodge ,
- auberge
1. Een hotel dat reizigers een overnachting biedt
- synoniem:
- hostel ,
- herberg ,
- lodge ,
- auberge
Examples of using
As it was late at night and I was very tired, I put up at an inn.
Omdat het 's avonds laat was en ik erg moe was, stopte ik in een herberg.
Hungry and thirsty, we at last reached the inn.
Hongerig en dorstig bereikten we eindelijk de herberg.