Translation of "icy" into Dutch

Icy

IPA : /aɪsi/

synonyms:

• frigid,
• glacial,
• frozen,
• arctic,
• polar

The water is icy.

Het water is ijzig.

Under Europa's icy crust might be an ocean of water.

Onder de ijskorst van Europa zou een oceaan van water kunnen liggen.

Under Europa's icy crust might be water ocean.

Onder de ijskorst van Europa zou de wateroceaan kunnen liggen.

It is hard to keep our balance on icy streets.

Het is moeilijk om ons evenwicht te bewaren in ijskoude straten.

She gave me an icy look.

Ze gaf me een ijzige blik.

Many accidents resulted from the icy conditions of the road.

Veel ongelukken waren het gevolg van de ijzige omstandigheden op de weg.

The road is icy, so take care.

De weg is ijzig, dus pas op.

I slipped and fell on the icy sidewalk.

Ik gleed uit en viel op de ijskoude stoep.

I slipped and fell on the icy sidewalk.

Ik gleed uit en viel op de ijskoude stoep.