Translation meaning & definition of the word "hectic" into Dutch language

adjective

1. Marked by intense agitation or emotion

• "Worked at a feverish pace"

synonym:
• feverish
,
• hectic

1. Gekenmerkt door intense opwinding of emotie

• "Werkte in een koortsachtig tempo"

synoniem:
• koortsig
,
• hectisch

Examples of using

Tom used his secluded cabin in the woods as a getaway from his hectic life as a company director.

Tom gebruikte zijn afgelegen hut in het bos als ontsnapping aan zijn hectische leven als bedrijfsleider.

Tom had a hectic week.

Tom had een hectische week.

I don't work now and I lead a less hectic life.

Ik werk nu niet en ik leid een minder hectisch leven.