Translation meaning & definition of the word "godsend" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "godend" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Godsend
[Godsend]/gɑdsɛnd/
noun
1. A sudden happening that brings good fortune (as a sudden opportunity to make money)
- "The demand for testing has created a boom for those unregulated laboratories where boxes of specimen jars are processed like an assembly line"
- synonym:
- boom ,
- bonanza ,
- gold rush ,
- gravy ,
- godsend ,
- manna from heaven ,
- windfall ,
- bunce
1. Een plotselinge gebeurtenis die geluk brengt ( als een plotselinge kans om geld te verdienen )
- "De vraag naar testen heeft een hausse veroorzaakt voor die niet-gereglementeerde laboratoria waar dozen met specimenpotten worden verwerkt als een assemblagelijn"
- synoniem:
- boem ,
- bonanza ,
- goudkoorts ,
- jus ,
- godsend ,
- manna uit de hemel ,
- meevaller ,
- bunce