Translation meaning & definition of the word "getting" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "getting" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Getting
[Krijgen]/gɛtɪŋ/
noun
1. The act of acquiring something
- "I envied his talent for acquiring"
- "He's much more interested in the getting than in the giving"
- synonym:
- acquiring ,
- getting
1. De handeling om iets te verwerven
- "Ik benijdde zijn talent om te verwerven"
- "Hij is veel meer geïnteresseerd in het krijgen dan in het geven"
- synoniem:
- verwerven ,
- krijgen
Examples of using
It's getting beyond a joke!
Het gaat verder dan een grap!
The fun is just getting started.
Het plezier begint net.
The weather is getting worse.
Het weer wordt erger.