Translation meaning & definition of the word "gender" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "geslacht" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Gender
[Geslacht]/ʤɛndər/
noun
1. A grammatical category in inflected languages governing the agreement between nouns and pronouns and adjectives
- In some languages it is quite arbitrary but in indo-european languages it is usually based on sex or animateness
- synonym:
- gender ,
- grammatical gender
1. Een grammaticale categorie in verbogen talen die de overeenkomst tussen zelfstandige naamwoorden en voornaamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden regelt
- In sommige talen is het vrij willekeurig, maar in indo-europese talen is het meestal gebaseerd op seks of vijandigheid
- synoniem:
- geslacht ,
- grammaticaal geslacht
2. The properties that distinguish organisms on the basis of their reproductive roles
- "She didn't want to know the sex of the foetus"
- synonym:
- sex ,
- gender ,
- sexuality
2. De eigenschappen die organismen onderscheiden op basis van hun reproductieve rollen
- "Ze wilde het geslacht van de foetus niet weten"
- synoniem:
- seks ,
- geslacht ,
- seksualiteit
Examples of using
Some attention should be paid to word order, gender and declension.
Er moet enige aandacht worden besteed aan woordvolgorde, geslacht en achteruitgang.
Favoring one gender over another won't win you any friends here.
Als je het ene geslacht verkiest boven het andere, krijg je hier geen vrienden.
Brothers Grimm’s Little Red Riding Hood has a neutral gender, while Charles Perrault’s has a masculine one.
De Roodkapje van Brothers Grimm heeft een neutraal geslacht, terwijl die van Charles Perrault mannelijk is.