Translation meaning & definition of the word "frolic" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "frolic" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Frolic
[Frolic]/frɑlɪk/
noun
1. Gay or light-hearted recreational activity for diversion or amusement
- "It was all done in play"
- "Their frolic in the surf threatened to become ugly"
- synonym:
- play ,
- frolic ,
- romp ,
- gambol ,
- caper
1. Homo- of luchtige recreatieve activiteiten voor afleiding of amusement
- "Het is allemaal in het spel gedaan"
- "Hun dartel in de branding dreigde lelijk te worden"
- synoniem:
- spelen ,
- stoeien ,
- ravotten ,
- gambol ,
- kappertje
verb
1. Play boisterously
- "The children frolicked in the garden"
- "The gamboling lambs in the meadows"
- "The toddlers romped in the playroom"
- synonym:
- frolic ,
- lark ,
- rollick ,
- skylark ,
- disport ,
- sport ,
- cavort ,
- gambol ,
- frisk ,
- romp ,
- run around ,
- lark about
1. Speel luidruchtig
- "De kinderen stoeiden in de tuin"
- "De goklammeren in de weiden"
- "De peuters ravotten in de speelkamer"
- synoniem:
- stoeien ,
- leeuwerik ,
- rollick ,
- veldleeuwerik ,
- uitzetten ,
- sport ,
- cavort ,
- gambol ,
- frisk ,
- ravotten ,
- rondrennen ,
- leeuwerik over