Translation meaning & definition of the word "fourteen" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "veertien" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Fourteen
[Veertien]/fɔrtin/
noun
1. The cardinal number that is the sum of thirteen and one
- synonym:
- fourteen ,
- 14 ,
- XIV
1. Het hoofdnummer dat de som is van dertien en één
- synoniem:
- veertien ,
- 14 ,
- XIV
adjective
1. Being one more than thirteen
- synonym:
- fourteen ,
- 14 ,
- xiv
1. Zijnde een meer dan dertien
- synoniem:
- veertien ,
- 14 ,
- xiv
Examples of using
My room is number fourteen on the third floor.
Mijn kamer is nummer veertien op de derde verdieping.
Mary got pregnant at age fourteen.
Mary werd zwanger op veertienjarige leeftijd.
Ten, eleven, twelve, thirteen, fourteen, fifteen, sixteen, seventeen, eighteen, nineteen, twenty.
Tien, elf, twaalf, dertien, veertien, vijftien, zestien, zeventien, achttien, negentien, twintig.