Translation meaning & definition of the word "fold" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "fold" in de Nederlandse taal
Fold
[Vouwen]noun
1. An angular or rounded shape made by folding
- "A fold in the napkin"
- "A crease in his trousers"
- "A plication on her blouse"
- "A flexure of the colon"
- "A bend of his elbow"
- synonym:
- fold ,
- crease ,
- plication ,
- flexure ,
- crimp ,
- bend
1. Een hoekige of ronde vorm gemaakt door vouwen
- "Een vouw in het servet"
- "Een plooi in zijn broek"
- "Een plicatie op haar blouse"
- "Een buiging van de dikke darm"
- "Een bocht van zijn elleboog"
- synoniem:
- vouwen ,
- vouw ,
- plicatie ,
- flexuur ,
- krimp ,
- buigen
2. A group of people who adhere to a common faith and habitually attend a given church
- synonym:
- congregation ,
- fold ,
- faithful
2. Een groep mensen die zich aan een gemeenschappelijk geloof houden en gewoonlijk een bepaalde kerk bezoeken
- synoniem:
- gemeente ,
- vouwen ,
- trouw
3. A geological process that causes a bend in a stratum of rock
- synonym:
- fold ,
- folding
3. Een geologisch proces dat een bocht veroorzaakt in een rotslaag
- synoniem:
- vouwen
4. A group of sheep or goats
- synonym:
- flock ,
- fold
4. Een groep schapen of geiten
- synoniem:
- kudde ,
- vouwen
5. A folded part (as in skin or muscle)
- synonym:
- fold ,
- plica
5. Een gevouwen deel ( zoals in huid of spier )
- synoniem:
- vouwen ,
- plica
6. A pen for sheep
- synonym:
- fold ,
- sheepfold ,
- sheep pen ,
- sheepcote
6. Een pen voor schapen
- synoniem:
- vouwen ,
- schaapskooi ,
- schapen pen ,
- schapencote
7. The act of folding
- "He gave the napkins a double fold"
- synonym:
- fold ,
- folding
7. Het vouwen
- "Hij gaf de servetten een dubbele vouw"
- synoniem:
- vouwen
verb
1. Bend or lay so that one part covers the other
- "Fold up the newspaper"
- "Turn up your collar"
- synonym:
- fold ,
- fold up ,
- turn up
1. Buigen of liggen zodat het ene deel het andere bedekt
- "Vouw de krant op"
- "Zet je halsband harder"
- synoniem:
- vouwen ,
- opvouwen ,
- opdagen
2. Incorporate a food ingredient into a mixture by repeatedly turning it over without stirring or beating
- "Fold the egg whites into the batter"
- synonym:
- fold
2. Neem een voedselingrediënt op in een mengsel door het herhaaldelijk om te draaien zonder te roeren of te kloppen
- "Vouw het eiwit in het beslag"
- synoniem:
- vouwen
3. Cease to operate or cause to cease operating
- "The owners decided to move and to close the factory"
- "My business closes every night at 8 p.m."
- "Close up the shop"
- synonym:
- close up ,
- close ,
- fold ,
- shut down ,
- close down
3. Niet meer werken of de exploitatie staken
- "De eigenaren hebben besloten te verhuizen en de fabriek te sluiten"
- "Mijn bedrijf sluit elke avond om 20.00 uur."
- "Sluit de winkel"
- synoniem:
- close up ,
- dichtbij ,
- vouwen ,
- afsluiten ,
- sluiten
4. Confine in a fold, like sheep
- synonym:
- pen up ,
- fold
4. Beperk je in een plooi, zoals schapen
- synoniem:
- pen omhoog ,
- vouwen
5. Become folded or folded up
- "The bed folds in a jiffy"
- synonym:
- fold ,
- fold up
5. Gevouwen of opgevouwen worden
- "Het bed vouwt in een handomdraai"
- synoniem:
- vouwen ,
- opvouwen