Translation meaning & definition of the word "flying" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "vliegen" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Flying
[Vliegen]/flaɪɪŋ/
noun
1. An instance of traveling by air
- "Flying was still an exciting adventure for him"
- synonym:
- flight ,
- flying
1. Een voorbeeld van reizen door de lucht
- "Vliegen was voor hem nog steeds een spannend avontuur"
- synoniem:
- vlucht ,
- vliegen
adjective
1. Moving swiftly
- "Fast-flying planes"
- "Played the difficult passage with flying fingers"
- synonym:
- fast-flying ,
- flying
1. Snel bewegen
- "Snelvliegende vliegtuigen"
- "Speelde de moeilijke doorgang met vliegende vingers"
- synoniem:
- snel vliegen ,
- vliegen
2. Hurried and brief
- "Paid a flying visit"
- "Took a flying glance at the book"
- "A quick inspection"
- "A fast visit"
- synonym:
- flying ,
- quick ,
- fast
2. Haastig en kort
- "Een vliegend bezoek gebracht"
- "Nam een vliegende blik op het boek"
- "Een snelle inspectie"
- "Een snel bezoek"
- synoniem:
- vliegen ,
- snel
Examples of using
Cranes flying low indicate warm weather.
Laagvliegende kranen duiden op warm weer.
There are flying birds in the sky.
Er zijn vliegende vogels in de lucht.
The children are flying kites.
De kinderen vliegen vliegers.